Couponboek

Vanmorgen stond op mijn wagen een heer die, na een paar halten gepasseerd te zijn, eigenaardige schokkende bewegingen met de schouders maakte en benauwd om zich heen keek.

Eindelijk vertrouwde hij mij iets toe: "Ja, conducteur, er zit iets op mijn rug dat vreselijk jeukt of bijt."

Ik zei: "Mijnheer, wij stervelingen huldigen over het algemeen de stelling: 'Oog om oog, tand om tand', dus... bijt terug."

"Ik kan er niet bij", prevelde hij benauwd, terwijl hij mij hulpeloos aankeek.

Toen ik mij onbespied wist, schurkte ik enige malen flink met mijn couponboek tussen de schouderbladen van mijn passagier en werd deswege met een dankbare blik beloond.

Toen hij de tram verliet presenteerde mijnheer mij een fijne Karel 1. Ik dankte hem en merkte nog op: "Zo ziet u alweer meneer, de één z'n dood is d'ander..."